De elektrische installatie is een basis installatie van uw gebouw waarvoor gedegen ontwerp en onafhankelijk advies essentieel is. Een goed ontwerp op basis van NEN 1010 of NEN 4010 borgt een veilige installatie en voorkomt storingen in de energie voorziening. Bewuste keuzes in de juiste toepassing van installatie onderdelen voor een veilige en functionele installatie worden steeds belangrijker. Per 1 januari 2017 is de editie NEN 1010:2015 aangewezen in het Bouwbesluit en van kracht. Daarmee zijn de voorgaande edities niet vervallen. Voor een bestaande elektrische installatie is de editie van kracht waaronder die installatie is aangelegd. Contact opnemen.
Hoofdverdeelinrichting
De hoofdverdeelinrichting wordt via de meetinrichting (kWh-meter) vanuit de netbeheerder gevoed. In kritieke installaties is op de hoofdverdeelinrichting ook een noodstroom aggregaat aangesloten. De hoofdverdeelinrichting bestaat in hoofdzaak uit distributie groepen. Die groepen verdelen de energie over de diverse delen van de elektrische installatie via onderverdeelinrichtingen. Een belangrijk onderdeel in de beveiliging van uw elektrische installatie is overspanningsbeveiliging. Bij een nieuw gebouwde verdeelinrichting dient altijd een fabricage certificaat te worden geleverd.
Onderverdeelinrichtingen
In grotere installaties worden onderverdeelinrichtingen toegepast. Deze zijn hoofdzakelijk voorzien van eindgroepen en de besturing van uw installatie. Eindgroepen zijn bedoeld voor de aansluiting van verlichting, contactdozen en elektrische apparatuur. Aan eindgroepen worden afhankelijk van de situatie bijzondere veiligheidseisen gesteld. Zo moeten eindgroepen zijn beveiligd door smeltpatronen of installatie automaten of aanvullend zijn voorzien van een aardlekschakelaar of vlamboogdetectie.
Voedingskabels of railkoker
Onderverdeelinrichtingen worden op de hoofdverdeelinrichting aangesloten door middel van een voedingskabel of via railkoker. De voorbeveiliging en wijze van aanleg van voedingskabels bepaalt in hoge mate de keuze van de aderdoorsnede en het type kabel. Daarom dient een voedingskabel of railkoker op de juiste manier te worden berekend.
Aarding van de elektrische installatie
Aarding is een belangrijk onderdeel van uw elektrische installatie. Nabij de hoofdverdeelinrichting bevindt zich de hoofdaardrail (HAR). Op deze in koper uitgevoerde aardrail worden metalen onderdelen van de gebouw constructie en van overige installaties aangesloten.
Afhankelijk van de situatie wordt de funderingsaarding of één of meer aardelektroden op de aardrail aangesloten zodat een voldoende lage aardweerstand kan worden bereikt. Een voldoende lage aardweerstand waarborgt een veilig gebruik van de installatie bij defecten.
Voorschriften elektrische installatie
De belangrijkste norm, de NEN 1010, wordt In het Bouwbesluit aangewezen als wettelijk bepaald ten minste aan te houden veiligheidsniveau. Die aanwijzing geldt overigens alleen voor de veiligheidsbepalingen. Voor een veilige en kwalitatief goede installatie is het dus van belang in een overeenkomst de gehele norm NEN 1010 van toepassing te verklaren. Voor een eenvoudige installatie kan de norm NEN 4010, binnen het aangegeven toepassingsgebied, volstaan. Behalve de NEN 1010 zijn er nog vele andere normen en voorschriften waaraan uw installatie moet voldoen. Zo wordt onderhoud en periodieke inspectie van uw bedrijfsmatige elektrische installatie voorgeschreven in de ARBO-wet en concreet gemaakt in de NEN 3140. In deze norm is onder andere bepaald dat voor iedere bedrijfsmatig gebruikte elektrische installatie ten minste een installatie verantwoordelijke moet zijn aangewezen.
Neem contact op voor ontwerp, advies of meer informatie over een elektrische installatie.